De draak op het Belfort
De draak van Ieper waakt al sinds begin 14de eeuw over de stad. Het is een windwijzer en geeft dus letterlijk aan van welke kant de wind komt. De draak beschermt ook de Ieperse privileges die in de middeleeuwen in het belfort bewaard worden. Deze privileges zijn de ‘echte schatten’ van de stad: ze garanderen de stedelijke vrijheid en onafhankelijkheid tegenover de vorst.
De draak van Ieper schittert op de achterzijde van de folder van de inhuldiging van het belfort, 29 juli 1934.
Hoe ziet de draak er uit?
In zijn bekende werk Ypriana geeft Alphonse Vandenpeereboom een uitgebreide beschrijving: “Het dier heeft een hoofd, een lijf met twee poten dat lijkt op dat van een griffioen, vleermuizenvleugels en de rest van het lijf zoals een vissenstaart, met een staart die naar boven krult. De draak is helemaal uit koper gemaakt, weegt 45 kilo en heeft een lengte van 2m35.”
Deze vooroorlogse beschrijving doet denken aan het uitzicht van een middeleeuwse heraldische draak. Deze draken zijn afgebeeld op wapenschilden en worden beschreven als volgt: ”De draak, een reptiel met vleermuizenvleugels, vuur spuwend uit den grooten geopenden muil en neusgaten, met twee adelaars- of leeuwenklauwen en een gekamden, in weerhaken eindigenden staart.” De gelijkenissen met de Ieperse draak uit de 19de eeuw suggereren dat het uiterlijk nooit veel veranderde. De huidige draak lijkt dus nog altijd sterk op haar middeleeuwse voorganger.
Een schets van Margriet door Julien Boutry in het werk Ypriana, 1878.
Een woelige geschiedenis
Boven op de belforttoren staat de draak blootgesteld aan wind, regen en andere weerfenomenen. In de loop der eeuwen zijn er dan ook verschillende herstellingen nodig. Al in 1331 voert koperslager Walter de Pondelmaker herstelwerken uit. Na het beleg van Ieper in 1383, zijn de beschadigingen zo erg dat de draak naar beneden wordt gehaald. Twee jaar later hebben enkele vogels hun nest gemaakt op de draak. Pas in 1438 bedenkt Jan van Boesinghe een blijvende oplossing: hij wikkelt koperdraad rond de vleugels van de draak en de pin waarop ze rust. Zo kunnen vogels zich niet meer op de draak nestelen.
In 1692 is de draak te zwaar beschadigd en beslist het stadsbestuur om ze te vervangen. Het nieuwe exemplaar wordt gemaakt naar model van de eerste draak. Begin negentiende eeuw komt de draak opnieuw naar beneden. Ze draait niet meer goed rond en de verguldingswerken zijn aan vernieuwing toe. Ook in 1877 vinden er restauratiewerken plaats. Nieuwsgierigen kunnen de draak bewonderen in de werkhuizen van de stad. Bij deze herstellingswerken vindt men een Iepers kruis in de buik van het dier. Dit moest waarschijnlijk voor geluk zorgen.
Op 22 november 1914 raken de Duitsers het belfort met hun geschut: de toren gaat in vlammen op. Twee Ieperlingen, ingenieur Vanderghote en de heer Angillis, vinden de restanten van de draak en brengen ze in veiligheid. Na de oorlog vindt ook de draak haar plaats terug op het heropgebouwde belfort. Paul Baekelandt en Emile Beirnaert herstellen en vergulden de draak. Delen van het vooroorlogse exemplaar zijn gered, maar andere delen zijn volledig nieuw. Op de Handelsbeurs van 1933 kunnen bezoekers het kunstwerk bewonderen. In de week voor 1 juli wordt de draak zelfs doorheen de stad rondgedragen. Op 1 juli zelf is het dan zover. De draak krijgt weer haar plaats op het belfort. De burgemeester doopt ze nog met ‘een lekkere pint bier’. In het najaar van 1952 rukt de wind een vleugel af. Dat jaar kan het publiek de draak tijdelijk in de Lakenhallen bewonderen. In 1997 gaat de draak wederom naar beneden voor een opknapbeurt.
Het terugplaatsen van de draak, 1933
De vergulde draak werd op zaterdag 1 juli 1933 op het belfort geplaatst.
Van links naar rechts: Emiel Beirnaert, het meisje is Annie Beirnaert, Leon Beirnaert (zoon van Emiel). Annie Beirnaert is de dochter van Georges, zoon van Emiel. 3 zonen waren ook schilder: Daniel, Gaston en Leon (schilder van het Mergelynck museum en leraar aan de kunstacademie te Ieper)
Margriet
Er is geen legende verbonden aan de Ieperse belfortdraak voor zover we weten. Het Yper Museum geeft de draak daarom tijdelijk een naam, onder meer als personage in een jeugdboek dat we schreven. In vergelijking met andere draken lijkt deze van Ieper eerder elegant en vrouwelijk. De naam was snel gekozen: Margriet ofwel Margareta. Margareta is een naam die veel voorkomt in de Ieperse geschiedenis. Specifiek brengen we met deze naam hulde aan twee vrouwen die in de middeleeuwen een belangrijke rol speelden voor Ieper: Margareta van Constantinopel en de zalige Margareta van Ieper. En een leuke bijkomstigheid: de bloem margriet was het symbool van de Belgen bij WOI. Een mooie verwijzing dus naar beide musea die in de Lakenhallen huizen.
Margaretha van Constantinopel
Margaretha van Constantinopel is de tweede dochter van graaf Boudewijn IX van Vlaanderen, later ook keizer van Constantinopel. Haar vader verdwijnt spoorloos in april 1205 en Margareta groeit samen met haar zus op aan het Franse hof. Na het overlijden van haar oudere zus, is ze gravin van Vlaanderen van eind 1244 tot 1278. Nog tijdens haar leven breekt een opvolgingsstrijd uit tussen de kinderen uit haar eerste huwelijk en deze uit haar tweede huwelijk. Door de crisis die hierop volgt, wordt haar regeerperiode vaak negatief beoordeeld. Nochtans is het onder haar beleid dat de handel in Iepers laken haar absolute toppunt bereikt.
In 1250 nemen ‘Saracenen’ haar zoon Willem van Dampierre gevangen en wanneer hij op kruistocht is. Het losgeld ligt hoog. Om haar zoon te kunnen vrijkopen vraagt de gravin bijdragen van haar onderdanen. De Ieperlingen presenteren geld en kostbaarheden aan de gravin zodat ze haar gevangen zoon kan vrijkopen. Zij noemt daarop de brave burgers ‘mijn goede kinderen’. Hieraan zouden de Ieperlingen hun spotnaam ‘Ieperse kindjes’ te danken hebben.
Portret van Margareta van Ieper en haar echtgenoot uit Sanderus uit de Flandria Illustrata van Sanderus, 1641.
De heilige Margareta van Ieper (1216-1237)
Margareta van Ieper is een lokale heilige. In deze periode zijn zogenaamde ‘volksheiligen’ niet uitzonderlijk. Ze zijn nooit officieel erkend door de Kerk als dusdanig, maar worden door de bevolking wel als heilig of zalig aanzien. Margareta zou in 1216 geboren zijn in een gegoede Ieperse familie. Haar vader sterft vroeg en ze krijgt haar opvoeding in een klooster. Wanneer ze volwassen is, keert ze terug naar huis. Ze wordt verliefd en is verscheurd door de keuze tussen Christus en haar geliefde. Uiteindelijk kiest ze voor Christus. Vanaf dan leidt ze een uiterst religieus leven: bidden, vasten, visioenen van Christus en zelfkastijding zijn dagelijkse kost. Velen komen ook naar haar verhalen luisteren. Op 9 december 1237 sterft ze op 21-jarige leeftijd.
Het verhaal van Margareta bevat elementen die ook bij andere heiligen in deze periode terug te vinden zijn: ze leidt een vroom leven van jongs af aan; heeft visioenen van Christus; voorspelt haar eigen dood. Bovendien zijn er tijdens haar leven en na haar dood enkele mirakels gebeurd. Zo gooit ze per ongeluk goede eieren weg waardoor haar moeder kwaad wordt. Margareta zegt: ga maar kijken, je zal zien dat de eieren heel zijn. En moeder vindt de eieren inderdaad heel terug. Vandaar dat Margareta met een mand eieren wordt afgebeeld.
Margareta wordt ook vaak afgebeeld in de klederdracht van een Dominicaanse kloosterlinge. Dit is echter niet correct gezien ze nooit officieel is toegetreden tot de Dominicaanse orde. Ze behoort tot de mystica: vrome vrouwen die op zoek zijn naar eenwording met Christus. Ze hebben visioenen, imiteren het lijden van Christus door extreem te vasten en via zelfkastijding.
Devotieprentje van de zalige Margareta van Ieper, 19de eeuw.
Lees hier de andere artikels uit de reeks 'De draak #middeleeuwengeleden'.