Het beleg van Ieper
Op 6 augustus gaat de processie van Onze-Lieve-Vrouw van Thuyne uit, de patrones van Ieper. Volgens de legende is het door tussenkomt van deze patroonheilige dat Ieper het beleg door de Engelsen en Gentenaren in 1383 kan weerstaan. Begin 17de eeuw maakt de graveur Guillaume du Tielt een prachtige grondplan van de stad Ieper tijdens het beleg.
Guillaume Du Tielt, Belegering van de stad Ieper in 1383, kopergravure, circa 1610
De kaart
De plattegrond van het beleg van Ieper zie je in het Yper Museum. Het is een inkttekening op papier van 17,8 cm hoog en 20,4 cm breed. Dus eerder een klein werk. Centraal staat de stad met de twee stadsomwallingen. Tussen de twee omwallingen hebben de Engelse en Gentse troepen hun kamp opgeslagen. Bovenaan links en rechts zijn er twee cartouches en onderaan een legende.
Je herkent duidelijk de vorm van de stad met de eerste stadsomwalling. Daarrond zijn de buitenwijken met nog een tweede stadsomwalling errond, de ‘uuterste vesten’. Deze tweede omwalling kwam er begin 14de eeuw nadat de stad letterlijk uit haar voegen barst. Het gaat om de oudste afbeelding van de Ieperse buitenwijken. En hoewel de kaart begin 17de eeuw is gemaakt, lijkt de weergave vrij accuraat. We zien vrijstaande huizen, groot genoeg voor een werkruimte, gelegen aan de twee uitvalswegen. Ook de kerk van de buitenparochie Sint-Michiels staat correct geplaatst. Waarschijnlijk baseert du Tielt zich op oudere, intussen verloren gegane, afbeeldingen bij het maken van deze kaart.
De contrareformatie
Begin 17de eeuw, onder de landvoogden Albrecht & Isabelle, zijn de Nederlanden opnieuw erg katholiek. Na een woelige periode van reformatie en opstand in de 16de eeuw worden oude, religieuze gebruiken opnieuw ingevoerd. Nieuwe katholieke scholen verrijzen en nieuwe tradities moeten het katholicisme opnieuw populair maken bij de bevolking.
In Ieper is de processie van Onze-Lieve-Vrouw van Thuyne sinds 1384 een jaarlijkse traditie. Maar zoals zoveel religieuze feesten is dit tijdens de reformatie afgelast. In 1609 gaat de processie voor de eerste keer opnieuw uit in Ieper. Om het ritueel weer in het collectieve geheugen te brengen, geeft Adriaan van Schrieck in 1610 het boekje ‘Den oorspronck ende cause van de jaerlijcksche feeste der stede van Ipre ghenaemt den Tuyndagh, met de geschiedenissen in Vlaenderen in de jaeren 1382, 1383 ende daer ontrent’ uit. Van Schrieck is op dat moment raadsheer van Ieper, maar is in het verleden ook nog raadsheer van Albrecht en Isabelle geweest.
De kaart van Guillaume du Tielt dateert uit dezelfde periode en is opgenomen in het boekje van Adriaan van Schrieck. Of de kaart specifiek voor het boek is gemaakt, is onduidelijk. Guillaume du Tielt maakt naast deze kaart nog andere religieuze voorstellingen, onder andere in opdracht van het Ieperse stadsbestuur. Zo creëert hij ook een andere kopergravure waarop de processie van Onze-Lieve-Vrouw van Thuyne staat afgebeeld. Hij ontwerpt eveneens verschillende processievaantjes. De plattegrond is niet zomaar een kaart van Ieper. Het vertelt het verhaal van het beleg van Ieper met klemtoon op de miraculeuze redding van de stad dankzij Onze-Lieve-Vrouw van Thuyne.
Religieuze accenten op de kaart
Het religieuze thema van de kaart zie je op verschillende manieren. De twee cartouches bovenaan zijn hier een goed voorbeeld van. Linksboven staat Onze-Lieve-Vrouw van Thuyne zelf afgebeeld. Ze lijkt de stad te zegenen. Dankzij haar dropen de Engelsen en Gentenaren af. De terugtrekkende troepen staan net onder haar afgebeeld (letter R op de kaart). Ook het Latijnse opschrift eert de maagd Maria: “O burgers die loyaal zijn aan de prins, o, vecht dapper. Zie, van boven strekken Moeder en Kind hun armen uit naar het lijdende Ieper”. De Latijnse tekst is bovendien een chronogram. Als je de hoofdletters optelt, krijg je in Romeinse cijfers het getal 1383.
Onze-Lieve-Vrouw van Thuyne en de terugtrekkende troepen
Ook letter D zet Onze-Lieve-Vrouw van Thuyne centraal. Het toont ‘het mirakel van de jonge maagd’. Dit is het verhaal van een jong meisje van dertien jaar uit Ieper dat in de buitenwijken woont. Ze slaat op de vlucht, maar wordt belaagd door Engelse soldaten. Ze slaagt erin te ontsnappen en springt in het water van de vesten. Terwijl ze in het water ligt, roept ze om de hulp van Maria. Als bij wonder belandt ze op een klein eilandje midden in de vesten en is ze veilig binnen de eerste omwalling van de stad. Op de kaart zie je hoe ze in de gracht ligt.
De miraculeuze redding
De tweede cartouche, rechtsboven, bevat twee handen in vriendschap met tussen hen in een bisschopsstaf en twee lansen, symbool voor de religieuze en civiele macht in de stad. De tekst daarrond luidt ‘concordia civium’ ofwel ‘eenheid van de burgers’. Hiermee doelt du Tielt op het samenwerking tussen burgers en geestelijken. De kaart wijst dus duidelijk op religie, maar ook samenhorigheid en eenheid binnen de (katholieke) stad. Dit staat letterlijk centraal op de kaart. Op de Grote Markt duidt letter A aan hoe de burgers van Ieper eendrachtigheid zweren tijdens het beleg.
Meer weten?
- B. Vannieuwenhuyze, ‘Reading History Maps. The Siege of Ypres Mapped by Guillaume du Tielt’, Quærendo 45 (2015) 292-321.
- G. Gyselen, ‘De Ieperse graveur Guillaume du Tielt opnieuw geïnventariseerd’, Biekorf 86 (1986) 284-285.
- A. Vandenpeereboom, Guillaume du Tielt, graveur, notes sur sa vie et sur ses oeuvres, Yperen 1882.
- A. van Schrieck, Den oorspronck ende cause van de jaerlijcksche feeste der stede van Ipre ghenaemt den Tuyndagh, met de geschiedenissen in Vlaenderen in de jaeren 1382, 1383 ende daer ontrent. Herdruckt in’t jaer 1733, wesende den jubilé van drij hondert vijftigh jaeren, Ieper, 1733.